Royale Ruimte voor Levende Rivieren

Het rivierengebied kan één groot natuurgebied worden: 70.000 hectares aaneengesloten groene linten door heel Nederland, van Hellevoetsluis en Kampen tot Borgharen en Lobith. Met zeldzame soorten en van internationale betekenis. Hoog opgaande vegetatie zorgt voor opstuwing, maar dat is op te vangen met de dijken en zelfs volledig te compenseren met rivierverruiming.

Visie van WWF. Onderzoek door HKV lijn in water. Verbeeld en verteld door Flows Productions.

Royale Ruimte

Als we in Nederland meer biodiversiteit willen, moeten we ons richten op gebieden met uitzonderlijke condities, zoals langs de kusten en de grote rivieren. Bas Roels legt uit: “Door de wisselende waterstanden én door de interconnectiviteit van rivieren is riviernatuur bijzonder. Ooibossen en moerassen die een paar keer per jaar onder water staan creëren habitats voor de bijzondere zwarte populier, fladderiep, bever, zeearend en zwarte ooievaar. Vissen zoals zalm, barbeel en steur migreren vanaf zee de rivier op en planten zich voort in de oeverbegroeiing op de zandbanken van onze nevengeulen, of gaan nog verder, naar Duitsland en Zwitserland.”

Dit hebben we in Nederland echter maar nauwelijks. Meer dan de helft van de uiterwaarden van het rivierengebied is nog steeds primair agrarisch, slechts een paar procent is hoogwaardig rivierbos en nevengeulen liggen langs amper 5 procent van de grote rivieren. Bovendien zijn buitendijkse natuurgebieden hoog gelegen ten opzichte van de gemiddelde rivierwaterstand, waardoor ze te lang te droog zijn. Ook wordt riviernatuur kort gehouden door te kappen en te maaien (veiligheidsbeheer). Riviernatuur kan niet tot biodiverse en robuuste volwassenheid komen.

Er is op drie manieren aan natuurverbetering te doen: (1) vergroot het areaal buitendijkse natuur, (2) laat buitendijkse gebieden vaker overstromen en/of vergraaf ze, zodat ze natter worden en er paaigebieden voor vissen bijkomen en (3) voer minder veiligheidsbeheer. Dit kan op eindeloos veel manieren. HKV rekende samen met WWF en Bureau Stroming één zo’n manier door.

Carolien Wegman: “We hebben de waterstandseffecten bepaald van een natuurlijke inrichting van het hele rivierengebied, met de zogenaamde 30/70-mengklasse (30 procent ooibos, 40 procent struweel en 30 procent grasland), die in stand gehouden wordt met grote grazers. In het hydraulische model kennen we hiermee een bepaalde ‘ruwheid’ aan de uiterwaarden toe, behalve op cruciale plekken zoals ‘flessenhalzen’. Zo’n 33.000 hectare verruwen leverde 30 tot 60 centimeter waterstandsverhoging op. Dat hebben we vervolgens gecompenseerd met waterstandsverlagende rivierverruimende maatregelen.”

Het maatregelenpakket ‘grootschalige natuurlijke herinrichting rivierengebied’. 
Een gekleurde lijn kan maatregelen aan één, twee of beide zijden van de rivier betekenen. 
Download hier het achtergrondrapport.

Wegman: “We hebben met het hydraulische Blokkendoos-model (de meest recente versie, die dateert uit 2014) een pakket gemaakt van maatregelen die goed zijn voor de natuur (oeververruimingen, uiterwaardeverlagingen en nevengeulen) of die neutraal zijn (hydraulische knelpunten opheffen, dijkterugleggingen, retentiegebieden en bypasses). Maatregelen uit de Blokkendoos die slecht zijn voor de natuur (zomerbedverdiepingen en grootschalige zandwinningen) hebben we niet opgenomen.”

Bas Roels: “Het onderzoek heeft laten zien dat door rivierverruiming grootschalige robuuste riviernatuur in de uiterwaarden mogelijk is. Met ons pakket is er op bepaalde plekken zelfs netto waterstandsverlaging. We kunnen dus de desbetreffende verruimingen minder zwaar uitvoeren, nog meer ooibos en struweel toelaten, of deze ruimte inzetten voor extra waterveiligheid.”

Waterstandsstijging door de ‘30-70-verruwing’ is ook op te vangen met extra dijkversterking, zoals onderzocht in Verticale Ruimte voor Riviernatuur. Bas Roels legt uit dat WWF deze twee uitersten in beeld wilde hebben. “Er wordt vaak gesteld dat meer ruige riviervegetatie niet mogelijk is vanwege de opstuwing. Wij hebben laten zien dat opstuwing op te vangen is met extra dijkversterking én met rivierverruiming. Linksom of rechtsom, de natuur moet tot vrije ontwikkeling kunnen komen. Diversiteit, oude bossen met open plekken waar zwarte populierbomen om mogen vallen en mogen blijven liggen, waar zandduinen kunnen ontstaan op de oever, met daarachter erosiekuilen waar permanent water staat, zodat er rietkragen gaan groeien, habitats voor oeverzwaluwen, de roerdomp, enzovoort, enzovoort. Geef de natuur de royale ruimte die ze verdient!”

De uiterwaarden van de grote rivieren zijn zeldzame habitats met unieke condities voor biodiversiteit – mits we ze daarop inrichten.

Kosten en baten

33.000 hectare robuuste natuurontwikkeling in de uiterwaarden, gecombineerd met maatregelen voor rivierverruimingen om het geheel waterstandsneutraal te maken, is niet niks. Dit vergt een programma groter dan Ruimte voor de Rivier en NURG bij elkaar. Maar tegenover kosten, staan baten.

Sien Kok onderzoekt kosten-baten analyses voor grootschalige herinrichting van grote rivieren. “De grote rivieren zijn in de loop van de geschiedenis geoptimaliseerd op binnendijkse waterveiligheid (met winterdijken), stabilisering van de vaargeul (met kribben) en landbouw (met zomerdijken). Tegenwoordig kijken we breder: rivieren en riviernatuur hebben tientallen ecosysteemdiensten. Door het rivierengebied anders in te richten kan er een betere balans ontstaan tussen die functies – denk aan CO2-vastlegging, waterzuivering en vooral de intrinsieke en culturele waarde van riviernatuur. Als bijkomend voordeel levert zo’n herinrichting delfstoffen op. In een studie uit 2019 waren delfstofwinning en recreatie samen al goed voor één derde van de kosten voor riviernatuurverbetering. Op fietsafstand van de uiterwaarden wonen 5 miljoen mensen, wiens gezondheid en welzijn verbetert door te recreëren langs de rivier. Dat tikt aan.”

Carolien Wegman: “daarbij komt dat door uiterwaardvergravingen uit ons pakket de uiterwaarden vaker mee zullen stromen. Dat haalt de energie uit de stroombaan en daardoor zal de bodemerosie (de uitschuring van de vaargeul) verminderen: het Ruimte voor de Middenafvoeren concept. Als de uiterwaarden vaker overstromen wordt het landschap bovendien veel afwisselender en interessanter.”

Eindrapport Natuurlijke inrichting rivierengebied

Verkenning van de mogelijkheden voor grootschalige natuurlijke inrichting van het rivierengebied, door HKV lijn in water, voor WWF.

Uit een geheel andere hoek komt nog een onverwachte batenpost. Bas Hofland onderzoekt het effect van vegetatie op de hoogte van golven. Als de golfoploop door bossen in de aanloop naar de dijk bijvoorbeeld 50 centimeter minder is, kan dat flink schelen in dijkversterkingskosten. “Bij een zuidwesterstorm lopen de golven op tot 1 meter aan de noordoevers van de brede uiterwaarden. Je denkt misschien dat de kans dat extreme rivierafvoer samenvalt met zo’n storm verwaarloosbaar klein is. Maar het zit zo: laten we voor het gemak aannemen dat volgens de Waterwet de rivierdijken een gebeurtenis met een kans op 1:10.000 moeten weerstaan. Dat is een rivierafvoer met een kans op 1:10.000 zonder storm, maar óók een rivierafvoer met een kans op 1:100 in combinatie met een storm met een kans van 1:100. Dit geeft hoog water én hoge golven, waar de dijkhoogte ook op gebaseerd is. Door deze mogelijkheden uit te sluiten verlaag je de faalkans van de dijk, waardoor bijvoorbeeld het dijktalud groen kan blijven, en niet met een laag steen versterkt hoeft te worden. Een rivierbos is op sommige lokaties dus wel degelijk een alternatief voor dijkversterking.”

We moeten zo veel mogelijk voordelen van riviernatuur uitwerken, inclusief CO2-vastlegging en stikstofvermindering, en deze pro-actief aandragen bij PAGW en NPLG.

Hoe verder?

Bas Roels schets wat er te doen staat. “Het overheidsprogramma Integraal Rivier Management (IRM) zal na de zomer een plan publiceren voor de toekomstige inrichting van onze rivieren. Het behalen van de natuurambities moeten daar een stevige plek in krijgen. Wij willen laten zien dat er royaal voor natuur te kiezen is, zonder dat het de waterveiligheid of de bevaarbaarheid negatief beïnvloedt.”

“IRM behandelt natuur, milieu en recreatie nu nog vaak als externe opgaven, maar IRM kan daar veel pro-actiever in zijn, en de systeemaanpak die ze voorstaan ook echt waarmaken. Wat is er nodig om van de grote rivieren volledig aaneengesloten groene levensaders voor Nederland te maken, voor natuur en mensen? Hoe kan dat bijdragen aan de CO2- en stikstofproblematiek? Werk dat uit en inspireer de Programmatische Aanpak Grote Rivieren (PAGW) en het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG).

Natuur- en milieudoelen, met KRW en Natura 2000 als wettelijke resultaatverplichtingen, zijn nodig om desinvesteringen te voorkomen. IRM kan processen versnellen en de weg wijzen naar levende rivieren! Zie de oproep van WWF en Ark Natuurontwikkeling aan IRM. Laten we samen werken aan bouwstenen die helpen om de ambitie van levende rivieren dichterbij te brengen.”

Carolien Wegman besluit: “Als we streven naar een meer natuurlijke rivier, moeten we de opstuwing die dit veroorzaakt accepteren en compenseren. Een grootschalige natuurlijke inrichting van het rivierengebied is mogelijk en zet een lijn voort die sinds de jaren ’90 is ingezet.”

Ontwerp van Bureau Stroming van meestromende uiterwaarden op de Midden-Waal. Langsdammen waarborgen de vaarweg en zorgen dat de ‘middenafvoeren’ vaker door de uiterwaarden gaan stromen, in plaats van door de hoofdgeul, wat uitschuring vermindert. Vergravingen en herinrichtingen maken het gebied tussen de langsdam en de winterdijk natuurlijker.
Klik hier voor meer info.

Grootschalige natuurlijke herinrichting van de rivier is wel degelijk mogelijk!

Carolien Wegman is adviseur rivieren, kusten en delta’s bij HKV lijn in water

Sien Kok is promovenda economie en financiering zoetwaterherstel bij de WUR en Deltares

Bas Hofland is universitair hoofddocent waterbouw aan de Technische Universiteit Delft

Bas Roels is coördinator team Nederland bij WWF Nederland

Lees meer

Ruimte voor Levende Rivieren

Ontwerp Plan Midden-Waal

Plan met video en kaarten

Bureau Stroming

Verticale Ruimte voor de Rivier

Woord

Ties Rijcken

Uitgave

WWF en Flows Productions

Beeld

Vincent de Gooijer

Stem

Liesbeth van Rooijen

Dank

Alphons van Winden, Cees Oerlemans, Dorien Honingh, Paula Lambregts, Ron Bruijns, Sien Kok, Bas Hofland, Carolien Wegman en Bas Roels